12 juni 2012

Canepa DO Valle de Rapel Carmenère Reserva Privada 2008

Uit de Rapel Vallei komt deze Chileense wijn van de 'nationale trots': de carmenère druif. Oorspronkelijk geïmporteerd vanuit de Médoc in Frankrijk, en daar staat hij ook nog mondjesmaat aangeplant, hebben de Chilenen deze druif omarmd als 'hun' USP: Unique Selling Point. Als je zegt Chili, dan zeg je carmenère, en dat was precies hun bedoeling. De Rapel vallei wordt tegenwoordig opgesplitst in twee verschillende wijnstreken: de Cachapoal Vallei en de Colchagua Vallei, maar op dit etiket hebben ze voor de overkoepelende herkomstbenaming gekozen. Het percentage alcohol bedraagt 13,5% en dat is alleszins acceptabel want tijdens de les over Chili op de Wijnacademie hebben we, enkele uitzonderingen daargelaten, alleen maar alcohol-bommetjes geproefd. In het glas helder rood met een magenta randje, kleurintensiteit 3 uit 5. Een vrij neutrale, bijna aromaloze geur op de stille spiegel, na het walsen is het de kruidigheid die gelijk opvalt, ook de schil van walnoot ruik ik. In de mond zijn de zuren die eerst de aandacht trekken, gevolgd door de kruidige smaak. In de afdronk zit een klein bittertje, maar niet noemenswaardig. Gemiddelde tannines, 3 uit 5, en ze zijn goed rijp. Overigens zou het zomaar kunnen dat er bijvoorbeeld ook nog 10% cabernet sauvignon in verwerkt zit, maar dit hoeven ze niet te vermelden op het etiket. Eventjes laten rusten en er komt zowaar wat dropperigs bij, het zondoorstoofde zwarte fruit wordt merkbaar en ook die schil van walnoot komt weer terug. De wijn zou 8 maanden houtrijping in zowel Frans als Amerikaans eiken hebben genoten maar dat zit goed verborgen, ik proef het er niet aan af. Een dagje open maakt de wijn iets zachter voor wat betreft de zuren, ook lijkt het frisse fruit iets toe te nemen ten opzichte van het zondoorstoofde fruit. Er zit een goede balans in de wijn, hij is gematigd complex en de afdronk is net iets bovengemiddeld qua lengte. Het is wel een eetwijn, een mooie lap vlees is verplicht.